De historie van het Protestants kerkje
“Kerk en pastorie van de Hervormde Gemeente Grevenbicht bezitten cultuurhistorische waarden als bijzondere uitdrukking van een geestelijke ontwikkeling van de Nederlandse Hervormde Kerk in een hoofdzakelijk rooms-katholiek Limburg” Bron: “Godt bewaert de sinen in noot, 500 jaar protestantisme in Grevenbicht”.
Het kerkgebouw van de Hervormde Gemeente van Grevenbicht is gebouwd in 1851 naar een ontwerp van de architecten Damen en de Wit uit Someren. De toegepaste bouwstijl is Traditionalistisch met elementen neo-gotiek. In de onmiddellijke nabijheid van het kerkje is de vml. pastorie van de Hervormde Gemeente gesitueerd.
Het jaar 1828 markeert het feit dat vanaf dat jaar de protestantse Grevenbichtenaren in een eigen kerk ter plaatse hun godsdienstoefeningen konden houden. In het jaar 1851 werd het huidige kerkgebouw in gebruik genomen. Grevenbicht en Urmond vormden samen één protestantse kerkelijke gemeente met één predikant. (Bron: Godt Bewaert De Sinen In Noot). Voorafgaand aan de bouw van het kerkje zaten wel haken en ogen. De financiële middelen werden niet zomaar verstrekt in de doorgaans rooms-katholiek gestuurde samenleving. Op 10 maart 1844 werd na afloop van de kerkdienst een zogenaamde financiële inschrijving gehouden. Een jaar later op 12 mei 1845 legde men het plan en het bestek van een nieuw te bouwen kerk aan de kerkenraad voor. In 1846 was een tweede financiële inschrijving in de gemeente. De resultaten waren van dien aard dat “thans niets meer belette de hulp der bevoegde autoriteiten in te roepen”. Een vermogend ingezetene, Th. Kitzen, gaf aan de protestantse gemeente een boom om te gebruiken bij de kerkbouw. Toen hij kort daarop overleed stonden de erfgenamen aan de kerkelijke gemeente een, aan hun gelegateerd, perceel bouwland af, dat zeer geschikt was “voor het oprichten der tot den kerkbouw benoodigde tichelovens”. Op 24 januari 1848 besloot de kerkenraad twee van zijn leden te machtigen “om een stuk land aan te kopen in de gemeente van Grevenbicht, gelegen naast het Protestantsche kerkhof, ten einde daarop later eene kerk te bouwen”. De aanbesteding van het kerkgebouw vond plaats op 12 april 1850. Op 31 augustus 1851 werd het nieuwe kerkgebouw plechtig en feestelijk ingewijd. Bij de ingebruikname van het nieuwe kerkgebouw ontving de gemeente een aantal belangrijke geschenken:
- het doopvont, ontvangen van het Provinciaal Kerkbestuur van Limburg
- een plaqué blad voor het gebruik bij het Heilig Avondmaal en gordijnen
- twee antieke zilveren bekers van de kerkenraad van de Hervormde gemeente te Vaals
- 24 Bijbels en 48 Nieuwe Testamenten met Psalmen
- in 1852 kon uit een gift van de Algemeene Synode een torenklok worden aangekocht
Al deze geschenken zouden volgens uitdrukkelijk verlangen van de gevers het uitsluitend eigendom van de Hervormde gemeente te Grevenbicht blijven. Op 17 januari 1862 heeft de Hervormde Gemeente zelfstandigheid gekregen Het kerkorgel in het Protestants kerkje van Grevenbicht werd in 1896 feestelijk in gebruik genomen nadat Baronesse Dirckinck von Holmfeld, Gravin de Hompesch Rurich deze had geschonken ter nagedachtenis aan haar op 11 februari 1895 overleden man Baron Dirckinck von Holmfeld. Zij bewoonden het kasteel in Obbicht. Het orgel is gebouwd door de Roermondse orgelbouwers gebr. Franssen volgens het pneumatische systeem. Dit werd op 10 mei 1896 in gebruik genomen. In 1980 was het orgel in slechte staat, en vanwege de geringe financiële middelen waren renovatie of vervanging niet mogelijk. In het kader van de kerkrenovatie die toen speelde, werden toch een aantal herstelwerkzaamheden uitgevoerd. In het voorjaar van 2021 heeft het orgel groot onderhoud gekregen, waardoor de klanken weer als nieuw klinken en het orgel is verzekerd van zijn toekomst.
Wist u dat de eerste orgelconcerten reeds hebben plaatsgevonden in 1904; in 1910 geeft dhr. J.H. Secrere, organist van de Remonstrantse kerk in Den Haag, een orgelconcert. In 1939, aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog, wordt het koor ‘Ons Genoegen’ opgericht. Onder andere onder leiding van Baer van Didden zijn menig liederen gezongen. De kerk is dus van oudsher al in gebruik voor muzikale bezigheden.
De pastorie is in 1899/1900 naast de kerk gebouwd en werd op 7 januari 1900 door dominee Deeleman in gebruik genomen als eerste bewoner. Tegenwoordig wordt het gebouw particulier bewoond. In 1905 zijn de voorbereidingen getroffen voor het o.a. ommuren van het kerkhof. In 1957 zijn wel voornamelijk door vrijwilligers werkzaamheden aan de pastorie en de muren van het kerkhof uitgevoerd, doch merkt ds. W van den Ende in 1977 op dat de pastorie in een staat verkeert die voor een eventuele opvolger bepaald niet aantrekkelijk is. Ook al is door vrijwilligers in 1971 de consistorie opgeknapt en wordt sinds 1974, als er geen koster meer is, de kerk schoon gehouden door vrijwilligers, de kerk en het interieur zijn dringend aan groot onderhoud toe. In 1977 wordt de pastorie aan de eisen van de tijd aangepast waarna ds. C.J. Menken-Bekius de eerste vrouwelijke predikant is.
Wist u dat in de loop van de jaren ’70 de eerste gemengde huwelijken plaatsvonden in het kerkje?
Tussen 1978 en 1982 wordt het kerkje mede dankzij de uren van vele vrijwilligers grondig gerestaureerd en krijgt het kerkje haar vernieuwde interieur. Nu de kachel in het midden van de kerk is verdwenen, kan men in een kring het Heilig Avondmaal vieren. Er is een nieuwe ruimte gecreëerd om wel en wee met elkaar te delen. In februari 1982 schrijft ds. C.J. Menken-Bekius in “Ons Kerkje” aan de hand van een foto in haar werkkamer op de pastorie het volgende: “Maar het beeld is dit: kerk, zaaien en bewerken en dan oogsten. Een lange rij staat te wachten. Mannen, vrouwen, blanken, gekleurde mensen, jonge en oude mensen. ‘Kom allemaal maar naar binnen’ zegt zij. En ook het beeld van ‘binnen’ is er: een zaal vol mensen, samen zingend of samen biddend, luisterend misschien, je kunt het niet goed zien. Alleen dat ze samen zijn en dat de kerk vol is.” Wellicht werd hier de basis voor het podiumkerkje gelegd. In de zomer van 1987 is een complete feestweek georganiseerd, waarbij de dienst wordt opgeluisterd door de kapel ‘Daag en Nach’. Er is een drukbezochte tentoonstelling over de geschiedenis van de protestantse gemeenschap. Het kerkje is te klein om alle belangstellenden op te vangen. Die dag werd ook de gedenksteen aan de voorgevel onthuld.
Eigentijds in ere houden In 2004 werd het kerkje, ten gevolge van de kerkenfusie, een protestantse kerk, en in 2011, toen de protestantse gemeente Grevenbicht fuseerde met die van Sittard tot de protestantse gemeente Sittard-Grevenbicht, kwam het kerkje in het bezit van de stichting PKG met het doel het in stand houden van het kerkje en er sociaal culturele evenementen te laten plaatsvinden. Het kerkje is geklasseerd als Rijksmonument.
Waardering De kerk van de Hervormde Gemeente van Grevenbicht bezit cultuurhistorische waarden als bijzondere uitdrukking van een geestelijke ontwikkeling van de Nederlands Hervormde kerk in een hoofdzakelijk katholiek Limburg. De architectuurhistorische waarden worden bepaald door het bijzondere belang voor het oeuvre van de architecten Damen en De Wit en de samenhang tussen exterieur en interieur. De kerk bezit ensemblewaarden vanwege de situering aan de rand van de bebouwing van de kern Grevenbicht en is daarmee van belang voor het aanzien van deze plaats. De kerk is van belang vanwege de redelijk hoge mate van architectonische gaafheid van het exterieur en een deel van het interieur en is tevens van belang in relatie tot de visuele gaafheid van de omgeving. De Nederlands Hervormde kerk is van algemeen belang door de functie en het gebruik van deze kerk binnen het overwegend katholieke Limburg. (Datum: 02-07-2001).
Veranderingen Het kerkgebouw is sinds 1 juli 2011 eigendom van de Stichting Protestants Kerkje Grevenbicht. Deze stichting heeft het kerkgebouw gekocht van de Protestantse Gemeente Sittard-Grevenbicht. In het kerkje worden maandelijks concerten georganiseerd. Tevens kan het gebouw worden gehuurd voor kunstexposities, concerten, lezingen, als trouwlocatie of voor begrafenissen. Er worden ook kerkdiensten gehouden in de kerk. Het kerkje is in de periode 2014/2015 gerenoveerd en heringericht. Met financiële steun van de Rijksoverheid, de provincie Limburg, de gemeente Sittard-Geleen, en de Maatschappij van Welstand is de renovatie mogelijk gemaakt. De oude kerkbanken zijn vervangen door stoelen. Het hout van de kerkbanken is verwerkt tot lambrisering in de kerkzaal en de garderobe. Het vroegere keukentje, bij de ingang van het kerkgebouw, is veranderd in een garderobe. Waar voorheen de consistorie was (de kamer van de kerkenraad) is nu een keuken met buffet geplaatst. De rommelzolder boven de keuken is veranderd in een ruimte voor de artiesten. Het kerkgebouw is nu aangepast aan de nieuwe culturele functie die het heeft gekregen. Tijdens de renovatie is tevens het vochtprobleem in de muren aangepakt, onder meer door de betonnen stoep langs de buitenmuren te vervangen door een grindbed en de muren tot aan het maaiveld te bekleden met speciale noppenfolie.